Zoveel mensen keken weg,
zagen niet wat er gaande was.
Waren druk bezig om
indruk te maken op anderen.
Ze waren bezig met
nieuwe kleding,
feesten en partijen,
en meer materiële zaken.
Ze keken weg van de
oneerlijkheid, van de
machtsgreep die gaande was.
Ze zagen het niet eens,
dat steeds meer mensen
in het nauw kwamen,
letterlijk en figuurlijk.
Ze zagen het niet
dat miljoenen mensen
werden buitengesloten,
dat zoveel machtshebbers
woorden riepen die onwaar waren.
Ze zagen en hoorden
het niet eens,
ze leefden hun leven,
voor zichzelf,
'na ons de Zondvloed'
en waren aan 't genieten van de
rijkdom van hun bezit en
materie.
Maar evenzoveel anderen
zagen het wel, waren bezig
om het kleine stukje
aarde waarop ze woonden,
leefden en werkten om het
tot een paradijs te maken,
het stukje aarde wat hun was
toevertrouwd, voor de tijd
gedurende hun leven.
Ze voelden wel
dat woorden oneerlijkheid
herbergden, dat dingen
vaak niet waren zoals
ze voorgespiegeld werden.
Ze deelden veel met elkaar,
wijsheden, maar ook zaken
zoals voeding en kleding,
en ondersteunden anderen
in hun levensproces.
Waar de één viel,
ving de ander op.
Altijd was er genoeg
wat de één niet had
had de ander wel voorhanden.
En zo groeide de mensheid
uit elkaar, in 2 richtingen,
welke was goed,
welke was fout?
Niemand kon het zeggen
wat goed óf fout was.
Maar het was wel te vinden
in het onzichtbare van het
hart van de mensen.
Daar waar het ego vocht
voor een bestaansrecht,
en voor hebzucht en
eigen gerief,
én daar waar liefde woonde,
mededogen voor alles wat
leeft en daarin wilde delen
met de ander.
Zo ontstonden er 2 werelden,
en de mensen hadden zelf
mogen kiezen.